Hoe zou je reageren als je plotseling geconfronteerd wordt met het uitkomen van een langgewenste gebeurtenis? Niet altijd zoals je verwacht, in mijn geval.
Het was zo'n twee maanden nadat ik mijn manuscript naar een uitgeverij had gestuurd. Ik had de dag na het versturen meteen een aardig berichtje gekregen dat het zeker twee maanden kon duren tot er een reactie zou komen. Maar langer kon ook.
Dat vond ik niet vreemd. Een uitgeverij wordt overspoeld door manuscripten. Ik had me voorgenomen 'heel rustig' met andere belangrijke dingen bezig te zijn in die maanden. En als het dan nog langer zou duren, zou ik steeds tegen mezelf zeggen dat het heel logisch was. 'Ze nemen gewoon de tijd om het serieus door te lezen, dat is juist goed!' Dat zou ik tijdens het lange wachten steeds opnieuw tegen mezelf zeggen als ik ongeduldig werd.
Maar natuurlijk bleek een gedeelte in mijn hoofd het daar niet mee eens te zijn, zeker niet toen de twee maanden bijna voorbij waren. In het dagelijks leven deed ik inderdaad net alsof het allemaal prima was. Maar ondertussen gingen er dagelijks hele gesprekken in mijn hoofd over het boek:
'Duurt best lang...'
'Dat is normaal, de meeste uitgeverijen doen er nog veel langer over. En het is nog niet eens twee maanden, toch?'
'Hoe zou het zijn om een "ja" te krijgen? Dan word ik helemaal gek, toch? Dan ga ik echt gillen!'
'Doe normaal zeg, je mag al blij zijn als ze het niet meteen afwijzen. MISCHIEN...als je geluk hebt, krijg je de reactie dat je er nog veel aan moet veranderen, maar dat je het dan nog een keer bij ze mag proberen. Probeer nou rustig te blijven, niet te veel te verwachten.'
Ja, maar... Stel nou... Dan ga ik echt heel hard roepen dat het gelukt is! Dan horen de buren het meteen ook!'
'Rustig, nou. Jemig zeg. En ga nou niet WEER kijken of er een mail is van de uitgever. Daar komt ie echt niet sneller van. Zucht...'
En toen, een paar dagen nadat die twee maanden voorbij waren en ik er eventjes toevallig niet mee bezig was, kwam er 's avonds een mail binnen. Mijn man Marco stond net met zijn jas aan om naar zijn sport te gaan. Ik las de mail terloops terwijl ik ook met een half oog naar het weerbericht op tv keek.
'Ehhh..,' mompelde ik.
'Wat zei je?' vroeg Marco.
'Ehhh..,' zei ik ietsje harder. Ik keek hem glazig aan en wees naar het schermpje van de ipad.
'Is er iets ergs??' vroeg Marco bezorgd. Mijn stem was zoek, ik kon alleen maar wijzen naar het scherm. Toen dat niet hielp, hield ik de ipad in de lucht. 'Ehhh...'
Mijn man ging toch maar even zijn leesbril zoeken. Maar in de tussentijd kwam mijn stem weer terug. Niet met een harde gil of een schreeuw, maar met een zacht verbijsterd: 'Ze gaan hem uitgeven...'
Reactie plaatsen
Reacties